Na vier jaar bloggen denk ik altijd dat ik al mijn (J’s) favoriete recepten wel eens met jullie heb gedeeld, maar neen! Deze super snelle bonenschotel, zoals ik het maar even zal noemen, is een gerecht dat ik heel vaak maak, maar toch echt nog nooit met jullie heb gedeeld. Dat kan natuurlijk niet, want het is heel lekker en ik zou het jullie niet willen onthouden. Daarbij komt dat het ook nog eens het perfecte weekend-comfortfood is, dus het moet er toch maar eens van komen.
Een vraag die wij vaak krijgen is: “maar veganistisch eten is toch hartstikke duur?” Het antwoord is: dat hoeft helemaal niet zo te zijn. Sterker nog, als je bedenkt dat je heel veel (dure) producten niet meer hoeft te kopen, omdat je ze niet eet, zou het zelfs heel voordelig kunnen zijn. Natuurlijk, wanneer je iedere dag een dure vleesvervanger koopt (zoals bijvoorbeeld die van de Vegetarische Slager, die behoorlijk prijzig zijn) of wanneer je iedere dag buiten de deur gaat lunchen omdat je per se een tosti met ‘nepkaas’ wilt eten. Ja, dan is vegan eten duur. Wij proberen zo ‘basic’ mogelijk te eten. Dat wil zeggen: veel groente en fruit, veel bonen, peulvruchten, noten en zaden. Als je een beetje efficiënt koopt (in de aanbieding of op de – al dan niet bio – markt) valt het echt allemaal hartstikke mee. Vandaag delen we zo’n ‘het valt reuze mee met de prijs – ‘ recept met jullie. Zelf bonenburgers maken is echt super easy, gezond én lekker. En cheap-ass. Kijk maar mee!
